Door Nicolas Rousseau
" HEALTH & FOOD " nummer 67, Oktober/November 2004
|
Onlangs nog in eer hersteld als voedingsmiddel bij coeliaci, gezien uit onderzoek bleek dat alle risico op reacties onbestaand was, ligt haver nu weer hevig onder vuur. Dit keer wel met een belangrijke verschil: het is slechts bij bepaalde kinderen dat de allergische reacties uitblijven. Dit is althans de conclusie uit een beperkt onderzoek dat Zweedse onderzoekers aan de universiteit van Oslo, Zweden bij negen door de ziekte aangetaste personen vaststelden die regelmatig met haver via hun voeding in contact kwamen. Uit het klinisch onderzoek bleek dat drie onder hen de intestinale inflammatoire aandoening eigen aan glutenallergie vertoonden en dit in weerwil van het toedienen van een dieet waarin geen rogge, tarwe, gerst of spelt aanwezig was. Uit genetisch onderzoek bleek dat deze personen allemaal hetzelfde HLA (HLA-DQ2) systeem vertoonden, wat de immunitaire reactie ten aanzien van avenine (het belangrijkste allergeen peptide in haver) bevordert. Dit kleine peptide bevat aminozurensequenties die veel proline en glutamine bevatten, wat zeer dicht aanleunt bij de gluten-epitoop uit tarwe. De onderzoekers van deze studie besluiten dan ook met de stellen dat patiënten met coeliaci die geregeld haver in hun voeding gebruiken met argusogen moeten gevolgd worden.
Nicolas Rousseau
Referentie :
Arentz-Hansen H et al. PloS Medicine 2004;1(1) : e1 |