.
 

Archieven> N°63 > artikel
<< previous next >>

Voedingsbeleid: graag een programma!

Tijdens een bijeenkomst georganiseerd door l’Observatoire de la Santé du Hainaut* werd het groots opgevat voedingsprogramma dat momenteel in Frankrijk loopt aan België voorgesteld. Meteen werd met de vinger naar de toestand in België gewezen.

Door Nicolas Guggenbühl en Emmanuella Mollet

" HEALTH & FOOD " nummer 63, Januari/Februari 2004

het artikel drukken

Het verband tussen voedsel en gezondheid wordt alsmaar duidelijker. Hoewel de aandoeningen die aan onze gezondheid knagen vaak multifactorieel zijn (fysiologie, erfelijkheid, omgeving), wordt voeding als een belangrijke preventieve hefboom aanzien. De meest voorkomende aandoeningen die de volksgezondheid schaden zijn cardiovasculaire aandoeningen, kanker, zwaarlijvigheid, type 2 diabetes, osteoporose, …

Het volstaat niet alleen de belangrijke preventieve rol van een gezonde voeding te kennen of te erkennen, men moet er ook naar handelen…. Dit leidt tot volgende vragen: hoe kunnen onze diepgewortelde leef- en voedingsgewoonten gewijzigd worden? Het volstaat niet alleen te beseffen dat die moeten veranderen, we moeten het ook nog doen. Wat stelt België op gebied van voedingsvoorlichting in het vooruitzicht?

Dit waren de hamvragen tijdens de bijeenkomst die onlangs door l'Observatoire de la Santé du Hainaut georganiseerd werd. Dr. Serge Hercberg, voorzitter van de permanente commissie van het Nationaal Voedings- en Gezondheidsprogramma en tevens voorzitter van de cel voeding en volksgezondheid van het INSERM, stelde er het Franse programma voor. Hierna volgden twee rondetafel-bijeenkomsten, waarop aan de eerste deskundigen en consumenten deelnamen en aan de tweede beleidsverantwoordelijken.

Een programma voor elk wat wils

Onze Franse buren hebben een nationaal voedingsprogramma uitgewerkt, met de bedoeling de gezondheidstoestand van Fransen te verbeteren. Het Nationaal Voedings- en Gezondheidsprogramma (Programme Nationale Nutrition-Santé PNNS) is in 2001 van start gegaan. Tijdens het programma hoopt men enkele belangrijkste prioriteiten, over een periode van vier jaar (2001-2005), te kunnen realiseren. Deze zijn met name een wijziging van het voedingsgedrag, de leefstijl en enkele markers voor de voedingstoestand. Er werd een logo ontworpen dat verwijst naar de acties en boodschappen die betrekking hebben op het programma zodat de bevolking duidelijk kan zien welke acties in het kader van het programma passen. Daarnaast werden twee uitstekende brochures uitgebracht die massaal werden verspreid.

De eerste, een voedingsgids “la santé vient en mangeant” (ISBN 2-908444-80-1), richt zich tot het grote publiek. Het is een kleurrijk en ludiek opgesteld werkje dat boordevol goede raadgevingen staat en handige weetjes aanhaalt om een betere voeding samen te stellen. De bijzonderheid en originaliteit van de brochure zit hem vooral in het concept: de brochure richt zich niet tot één maar tot verschillende gebruikersprofielen, bijvoorbeeld een persoon die verlekkerd is op tussendoortjes, iemand die vaak uit eten gaat, iemand die het financieel moeilijk heeft, een vegetariër, een sporter, … Kortom, iedereen vindt zich wel terug in één van de 25 beschreven profielen waardoor de aanbevelingen als het ware gepersonaliseerd zijn.

Een ander sterk punt van de brochure is de bijzondere aandacht die aan de eetgenoegens wordt besteed. Er is geen sprake van ‘verbieden' maar eerder van ‘matigen van hoeveelheden', waarmee helemaal aan de huidige tendens wordt voldaan. Deze visie moet aanmoedigend werken voor diegenen die een evenwichtige voeding willen samenstellen en een hart onder de riem zijn voor diegenen die een dieet volgen, wat nog al te vaak als synoniem voor ‘verboden' wordt aanzien.

Een tweede brochure die in het kader van de het PNNS werd opgesteld is een voedingsgids bedoeld voor gezondheidswerkers (ISBN 2-908444-79-8).
Naast het informatieve luik worden er ook nog andere acties ondernomen zoals: preventie, opsporen en opvolgen van voedingsstoornissen, betrokkenheid van de voedingindustrie en gemeenschapsrestauratie, het opstarten van nutritionele en voedselbewakingssystemen, stimuleren van onderzoek naar menselijke voeding.

De belangrijkste prioriteiten van het PNNS

Voedselinname:
- Verhoogde inname van groenten en fruit
- Verhoogde inname van calcium
- Verlaging van de totale vetinname tot 35 % van de totale energie-iname (TEI), met een vermindering van de verzadigde vetzuren
- Verhoogde inname van koolhydraten (> 50 van de TEI)
- Verminderde inname van alcohol (max. 20 g/dag voor de gebruikers ervan)

Markers van de voedingstoestand
- Vermindering van de cholesterolemie (-5 %)
- Vermindering van de arteriële systolische druk (-10 mm Hg)
- Vermindering van de prevalentie van overgewicht en zwaarlijvigheid

Levensstijl
- Verhoogde fysieke activiteit tijdens de dagelijkse bezigheden (gelijkwaardig aan een fikse wandeling van 30 minuten per dag).

België faalt

Hoe zit het bij ons? Een dergelijk grootschalig nationaal programma bestaat, tot op heden, bij ons niet, al is de idee stilaan aan het rijpen. Weliswaar worden hier en daar in bedrijven acties ondernomen, maar het blijven geïsoleerde en kortstondige acties. Denken we bijvoorbeeld aan de campagnes gericht op meer groenten en fruit, fysieke activiteit, ‘brooddoos' acties, …

De tijd dringt! Dit was de algemene teneur van de meeste sprekers die wezen op de verhoogde prevalentie van overgewicht en zwaarlijvigheid. Vooral bij jongeren is deze toestand zorgwekkend. De laatste tijd ziet men dat deze groep opmerkelijk meer energierijke levensmiddelen consumeert, minder fysiek actief is en er een weinig gestructureerd voedingspatroon op na houdt. Niemand op deze bijeenkomst twijfelde aan de noodzaak van een dergelijk programma in België, maar iedereen vreest dat met de vele betrokken instanties waarmee rekening moet worden gehouden, de realisatie ervan niet voor de handliggend is. In ieder geval moet, als dergelijk programma er ooit komt, het door alle ministeries ondersteund worden.

De Franse bevolking toont in ieder geval veel belangstelling voor het programma en voor de voedingsgids. Er is dus duidelijk behoefte aan dergelijke initiatieven. Ook de gezondheidswerkers zijn vragende partij voor het op elkaar afstemmen van boodschappen en voorlichtingsmateriaal. Het zou goed zijn dat wij ons daaraan inspireren, temeer daar het om onze naaste buren gaat, waar de voedingsgewoonten niet zo sterk verschillend zijn als de onze.

Welke profielen worden beschreven?

Ieder heeft zijn eigen voedings- en leefgewoonten. De voedingsgids van het PNNS beschrijft 25 verbruikersprofielen.

- Ik wil: eten, mijn gezondheid beschermen en… toch genieten!
- Voedsel, daar heb ik lak aan
- Ik kook voor mijn gezin
- Ik kan met moeite de eindjes aan elkaar knopen
- Ik eet iedere middag een broodje
- Ik eet vaak op restaurant
- Ik eet vaak in een fastfoodrestaurant
- Ik sla vaak een maaltijd over, ik heb geen tijd om te eten
- Ik kook niet
- Ik heb de neiging te snoepen tussen de maaltijden
- Ik heb altijd honger
- Bepaalde zaken lust ik niet
- Ik ontvang vaak mensen, ik geef graag etentjes
- Ik eet enkel kant-en-klaarmaaltijden
- Ik eet minder, ik volg een dieet
- Ik eet vaak kaas en/of vleeswaren
- Ik ben verzot op gezouten aperitiefhapjes
- Ik lust wel een glaasje
- Ik eet vaak exotische of vreemde maaltijden
- Ik eet enkel ‘bio'
- Ik ben vegetariër
- Om religieuze redenen eet ik bepaalde zaken niet
- Ik ben bang voor de dolle koeienziekte, voor GGO's, voor dioxine, …
- Ik heb een sedentaire levensstijl, ik doe geen sport, …
- Ik ben eerder sportief

Nicolas Guggenbühl en Emmanuella Mollet

* Charleroi, 10 december 2003

hoog van bladzijde

<< previous

Google

Web
H&F.be
 

 

© Health and Food est une publication de Sciences Today - Tous droits réservés