Door Nicolas Rousseau
" HEALTH & FOOD " nummer 67, Oktober/November 2004
|
Voeding en fysieke activiteit werden door wetenschappers al te lang in afzonderlijk schuifjes bestudeerd. In de praktijk zijn ze zeer nauw, zelfs onafscheidelijk met elkaar verbonden. Een goede levenskwaliteit wordt niet enkel verkregen door aandacht te besteden aan een gezonde voeding, maar ook een matig energieverbruik door het sporten of door dagdagelijkse bewegingen zijn onontbeerlijk. De weerslag van dergelijke levensstijl op de gezondheid is zeer vlug merkbaar.
Tegen zwaarlijvigheid …
De eerste parameter die als gevolg van het geregeld beoefenen van fysieke activiteit beïnvloed wordt is het lichaamsgewicht. Uit een recente studie, uitgevoerd door de Europese Gemeenschap bij 15 000 personen, kon het risico op zwaarlijvigheid in functie van de graad van fysieke activiteit geclassificeerd worden. Personen met een uitgesproken sedentaire levensstijl (nooit sporten met een uiterst minimum aan dagelijkse fysieke inspanningen) hebben een relatief risico voor zwaarlijvigheid gelijk aan 3.8…. Dit risico kan snel met de helft verminderd worden wanneer gewoon een ‘normale’ fysieke activiteitsgraad wordt ingelast (tuinieren, de hond uitlaten, te voet boodschappen doen, …). Het RR kan tot 1.4 teruggebracht worden, zelfs bij personen die de dag in hoofdzaak zittend doorbrengen (voor het computerscherm op het werk en voor de TV-buis thuis), op voorwaarde dat ze dagelijks een vrij langdurige en intensieve inspanning leveren. Het risico is minimaal (RR = 1) bij personen die de ganse dag druk in de weer zijn en regelmatig een sport beoefenen.
… maar niet om te vermageren
Fysieke activiteit voorkomt zwaarlijvigheid, maar toch is het een weinig doeltreffend middel om te vermageren. Het resultaat om te vermageren door fysieke activiteit alleen is weinig spectaculair. Onlangs werd in dit verband een grootschalige studie opgezet. Wie regelmatig een doorgedreven fysieke inspanning levert, zonder daarbij een specifiek vermageringsdieet te volgen, zal, over een periode van 30 weken, lichaamsgewicht verliezen. Gemiddeld is dit voor een man 3 kg, terwijl voor een vrouw slechts 1.2 kg… Hierbij is het wel belangrijk dat de ‘sportbeoefening’ gedurende die periode steeds aangehouden wordt, wat voor sommigen toch wel problematisch is.
Intensieve krachttrainingen (met zware spierinspanningen) leiden evenwel niet tot hetzelfde resultaat. Het verlies aan vetmassa wordt immers gecompenseerd door de aanmaak van spiermassa. De beste resultaten worden verkregen wanneer een hypo-energetische voeding gecombineerd wordt met het regelmatig leveren van duurinspanningen. In dat geval is het resultaat wel spectaculair : gemiddeld 12 kg verlies aan lichaamsgewicht. De moeite waard om erover na te denken ! Overigens blijkt dat het behoud van het gewenste lichaamsgewicht verkregen als gevolg van een relatief lange periode van aangehouden fysieke inspanningen (het equivalent van 3 uren wandelen per week, wat overeenkomt met een energieverbruik van gemiddeld 1 000 kcal) veel gemakkelijker verloopt dan wanneer hetzelfde verlies aan lichaamsgewicht verkregen werd door intensieve fysieke inspanningen die over een relatief korte periode werden gespreid.
Minder morbiditeit
Diverse epidemiologische studies tonen duidelijk aan dat fysieke activiteit het risico op ziekte vermindert. Dit is onder meer zo voor type 2 diabetes, in het bijzonder voor personen met een sedentaire levensstijl die iets actiever worden. Naast het verlies aan lichaamsgewicht heeft fysieke activiteit ook een directe positieve invloed (en zelfs doeltreffender dan het diabetesdieet) op de insulinegevoeligheid. Gematigde fysieke inspanningen zijn, al kan het positief verband alsnog moeilijk verklaard worden zeker wanneer het om het bepalen van de ‘beschermende’ dosis gaat, ook bijzonder gunstig om het risico op CVA te milderen. Andere onderzoeken wijzen op de vermeldenswaardige invloed van fysieke activiteit en borstkanker, en meer nog, in verband met colonkanker. Als gevolg van de mechanische stimuli op het skelet tenslotte, vermindert het beoefenen van sport het risico op botontkalking. De impact van fysieke activiteit op de stevigheid van de botmassa is des te groter wanneer reeds in de puberteit met deze gewoonte werd gestart, wat vooral voor jonge meisjes geldt.
Specifieke invloeden
Niet alle sporten zijn even doeltreffend om de algemene morbiditeit te doen dalen (zie tabel). Osteoporose is daar een sprekend voorbeeld van. Fietsen bijvoorbeeld is bijzonder doeltreffend ter preventie van cardiovasculaire aandoeningen of zwaarlijvigheid, maar heeft nagenoeg geen invloed ter preventie van osteoporose. Anderzijds, sporten die repetitieve schokken op het skelet veroorzaken (snelschaatsen, lange afstanden fietsen, squash, tennis of voetbal) bevorderen in belangrijke mate de vernieuwing van de beenderen waardoor ze aanzienlijk sterker worden.
Positieve gevolgen van enkele vormen van sportbeoefening |
|
CVA |
Lichaamsgewicht |
Type 2 diabetes |
Beenderen |
Dagelijkse activiteit |
+ |
+ |
+ |
+ |
Zwemmen |
+++ |
+++ |
+++ |
|
Wandelen/lopen |
+++ |
+++ |
+++ |
+ |
Krachtinspan-ningen |
|
|
+++ |
+++ |
Inspanningen met repetitieve bewegingen |
|
|
|
+++ |
+++ belangrijk positieve invloed
+ matig positieve invloed |
En tenslotte : niet zozeer de aard van de sportbeoefening of de leeftijd waarop men eraan begint, dan wel de afwisseling en de regelmaat waarmee dit gebeurt zijn belangrijke factoren, aspecten die men wel eens uit het oog verliest. Recente studies tonen duidelijk aan dat zowel intensieve sportbeoefening als wandelen in belangrijke mate het risico op CVA milderen. Wanneer ze alle twee worden beoefend is het voordeel nog meer uitgesproken. Ook dit nog: de invloed van 30 minuten fysieke inspanningen per dag is even doeltreffend als dagelijks twee perioden van 15 minuten. Ideaal zou zijn: meerdere en verschillende activiteiten, op meerdere tijdstippen van de dag beoefenen.
Nicolas Rousseau
Diëtist Voedingsdeskundige
Referentie:
Wellbeing and Performance. Unilever Health Institute Symposium. Vlaardingen. 9-10 april 2003 |