Door Nicolas Rousseau
" HEALTH & FOOD " nummer 74, december 2005
|
Uit de laatste gegevens van het Nationaal Griepcentrum van België en uit de meldingen van de huisartsen blijkt dat de winterse griep ons nog niet ten volle in zijn greep heeft. Op initiatief van onder meer de KULeuven en de Universiteit van Tilburg werd een “Grote Griepmeting” uitgevoerd, met de bedoeling de ziekte in kaart te brengen. Over de laatste twee jaar werd bij 30 000 personen in Nederland en Vlaanderen informatie verzameld betreffende deze ziekte. De originaliteit van deze bevraging houdt verband met de gestelde vragen. Zo werd onder meer ook navraag gedaan naar de levensstijl, de voedingsgewoontes en de algemene gezondheidstoestand. Het eerste rapport, verschenen half november, is niet mals voor het gebruik van vitaminesupplementen.
Meer vitamines, meer griep?
In eerste instantie werden de resultaten van dit rapport verkeerdelijk geïnterpreteerd door de Nederlandse pers. Zo blijkt bijvoorbeeld dat wanneer vitaminesupplementen worden ingenomen de incidentie van griep in beperkte mate stijgt (risk ratio van 1.1)… Bepaalde media vonden dit een ideaal moment om het gebruik van voedingssupplementen aan de kaak te stellen. Karin Postemans, biologe en verantwoordelijk voor de interpretatie van de gegevens, betreurde dit schrijven. De resultaten van de studie bevestigen helemaal niet het negatieve verband tussen voedingssupplementen en griep, aldus nog de biologe. Wel is het zo dat in het onderzoek bepaalde aspecten niet duidelijk blijken. Vooreerst is er de vaststelling dat heel wat consumenten die hun toevlucht nemen tot vitaminesupplementen dit doen om hun slechte (eet)gewoontes te compenseren, zoals bijvoorbeeld rookgedrag. Vervolgens stelt men vast dat de personen die supplementen innemen vaak ook de meest gestresseerde personen zijn. Onderzoeken toonden al vaker aan dat bepaalde aandoeningen, waaronder griep, stressgevoelig zijn. Uit de bevraging blijkt overigens dat gestresseerde mannen en vrouwen doorgaans 30 % meer koorts maken in vergelijking met niet gestresseerde personen.
Meer vitamines, minder griep?
Ook al veroordeelt het onderzoek uiteindelijk het gebruik van vitaminesupplementen niet in het verhaal van griepepidemieën, al kan men zich vragen stellen omtrent de wetenschappelijke waarde ervan, toont de bevraging geenszins het omgekeerde aan ! Dit wordt overigens in de zeer zeldzame en recent gepubliceerde artikels in de wetenschappelijke literatuur bevestigd. Vermelden we bijvoorbeeld dat het verband tussen de plasmawaarden aan bètacaroteen, alfa-tocoferol of zink en de immuunreactie door een antigriep- vaccinatie niet aanwezig is (1). Wat het specifieke effect van vitamine C betreft, als dit er al zou zijn, blijft dit een controversieel punt. Enkel bij de inname van megadosissen zou er enige invloed merkbaar zijn, maar dit brengt tal van andere ongemakken met zich mee (2). Zonder enige twijfel blijft de beste preventieve maatregel : in eerste instantie risicopersonen vroegtijdig inenten en in een later stadium de algemene bevolking.
Welke is de beste behandeling ? Binnen de eerste 48 uur na het verschijnen van de symptomen : toedienen van antivirale middelen of meer algemeen de symptomen behandelen en … wachten tot het overgaat. Nicolas Rousseau
Referenties
Gardner EM et al. Mech Ageing Dev. 2000 Aug 15;117(1-3):29-45.
Gordon HC et al. J Manipulative Physiol Ther. 1999 Oct;22(8):530-3.
Meer info: http://www.degrotegriepmeeting.nl |
