Door Nicolas Guggenbühl

" HEALTH & FOOD " nummer 80, December 2006

Ieder jaar opnieuw komt vitamine C, in het bijzonder tijdens de koude wintermaanden en de gevreesde 'koudekwaaltjes', opnieuw in de belangstelling. Sinds het verschijnen van het boek van Linus Pauling 'Vitamin C and Common Cold' in de jaren zeventig, is de beschermende rol van vitamine C gemeen goed geworden. Pauling beweerde dat de inname van één gram vitamine C per dag het risico op een verkoudheid met 45 % kon doen dalen. De geloofwaardigheid van Linus Pauling, als wetenschapper en tevens Nobelprijs winnaar, was bijzonder groot. Hij raadde aan om 500 tot 1000 mg vitamine C in te nemen, om het uur, vanaf het ogenblik dat de eerste symptomen van een verkoudheid de kop opsteken ! Van deze aanbeveling werd later brandhout gemaakt. De uitspraak heeft wel voor gevolg gehad dat er nu nog altijd fervente aanhangers zijn van de vitamine C ter bescherming van verkoudheid.

Frequentie en/of duur ?


Aan studies omtrent dit onderwerp ontbreekt het zeker niet. Wat wel ontbreekt is de eensgezindheid in de conclusies. Met uitzondering van de studies waar vitamine C wordt toegediend bij ondervoede personen of bij personen met een tekort aan vitamine C, waar het supplementair toedienen van deze vitamine uiteraard een gans ander effect heeft, zijn er 6 grote studies die in Westerse landen werden uitgevoerd. In de studies werd gemiddeld 2 tot 9 maanden ascorbinezuur onder vorm van een supplement ingenomen. Resultaat : het risico op verkoudheid daalt helemaal niet ! de resultaten zij ander in onderzoeken uitgevoerd bij specifieke doelgroepen, zoals personen die onder intensieve stress leven, of personen met een te lage bloedspiegel aan vitamine C. In deze gevallen wordt een lichte, maar desalniettemin significante, daling van de frequentie op verkoudheid vastgesteld. Andere studies konden deze daling helemaal niet vaststellen. Wel kon een positieve invloed op de duur en/of hevigheid van de verkoudheid worden aangetoond. Kortom, de invloed van vitamine C op verkoudheid is verre van duidelijk.

Supplementatie in twee snelheden

In 2006 wilde een Japans onderzoeksteam (1) het fijne hieromtrent weten. Er werd een interventiestudie opgezet waaraan 400 volwassen personen (tussen 40en 69 jaar oud) deelnamen. Ze werden in twee groepen ingedeeld : groep 1 kreeg een bescheiden hoeveelheid vitamine C (50 mg per dag) en groep 2 kreeg het tienvoudige ervan (500 mg per dag). Resultaat : de auteurs stelden een licht, maar significant verschil vast voor wat de frequentie van de verkoudheden betrof. 21.3 pro mille in groep 1 (50 mg) tegen 17.1 pro mille in groep 2 (500 mg). In tegenstelling met ander onderzoek stelden ze wel geen enkel verschil vast aangaande de duur en de ernst van de verkoudheid. Zoals dit voor veel onderzoeken geldt, kunnen altijd argumenten aangehaald worden om de relevantie van dergelijke resultaten in vraag te stellen. Zeker is voorzichtigheid geboden wanneer de resultaten gebruikt worden om het effect naar andere populaties te extrapoleren. In dit concreet geval kan bijvoorbeeld aangehaald worden dat de studie in Japanse regio werd uitgevoerd waar de mortaliteit als gevolg van maagkanker opmerkelijk hoog ligt ... Verwarrend Besluitend kan gesteld worden dat de resultaten van het onderzoek in verband met vitamine C en verkoudheid op zijn minst gezegd verwarrend zijn. Soms wordt, naargelang het onderzoek wel een invloed qua incidentie vastgesteld, soms een verband met de ernst en de duur, soms wel de duur maar niet de ernst, ... en soms ook helemaal geen verband. Spijts deze weinig coherente resultaten wat de supplementatie van vitamine C betreft, mag dit zeker geen voorwendsel zijn om producten rijk aan deze vitamine in de kou te laten staan. Blijf citrusvruchten, kiwi, koolsoorten, groenten en fruit eten !

Nicolas Guggenbühl
Diëtist, voedingsdeskundige

hoog van bladzijde