Reeds een vijftal jaren wordt olijfolie erkend als een belangrijk element bij de fameuze bescherming – vooral dan op cardiovasculair vlak – waarvan de mediterrane populaties genieten. De vetzuursamenstelling ervan wordt vooral gekenmerkt door een rijkdom aan mono-onverzadigde (oleïnezuur), waarvan de effecten op het lipidenprofiel uitgebreid onderzocht werden. Het gehalte aan fenolbestanddelen (antioxidantia) in niet geraffineerde olijfolie vormt trouwens waarschijnlijk de hoeksteen van de bescherming van het “Kretenzisch dieet”. Wat echter veel minder duidelijk is, is het onderscheid tussen de effecten eigen aan olijfolie en de invloed van tal van andere factoren in de mediterrane voeding.
In een nieuw onderzoek bij een groep van 28 patiënten van 50 jaar en ouder werden de effecten van olijfolie onderzocht buiten het globale kader van de mediterrane voeding. De deelnemers namen gedurende 6 weken een supplement van 2 soeplepels (20 g) extra vierge olijfolie binnen het kader van hun gebruikelijke voeding.
Omega-6/omega-3 onder invloed
De resultaten bevestigen wat al in heel wat andere onderzoeken werd aangetoond, met name een gunstig effect op het spectrum van de lipoproteïnen : daling van het totale cholesterol (CT ; - 0,818 mmol/l), van het LDL-cholesterol of slechte cholesterol (- 0,782 mmol/l), daling van de verhouding TC/HDL en LDL/HDL. Wat minder goed gekend is, dat is het effect als gevolg van de inhoud van meervoudig onverzadigde omega-6 vetzuren op de serumfosfolipiden : de auteurs stellen een significante daling vast van het gehalte aan linoleïnezuur en arachidonzuur. Het gehalte aan omega-3 vetzuren daarentegen blijft ongewijzigd.
Die gegevens suggereren dus dat olijfolie naast haar gunstige effecten op de lipoproteïnen, eveneens een gunstige werking heeft op de verhouding tussen de omega-6 en de omega-3. Die eigenschap is in het licht van de huidige kennis een manier waarop de eerbiedwaardige vetstof bijdraagt tot de gezondheid van hart en slagaders. We vermoeden nog dat dit onderzoek weliswaar de effecten aantoont van olijfolie zelf maar niet toelaat te besluiten dat men niets aan zijn voedingwijze hoeft te veranderen als men maar 2 soeplepels olijfolie eraan toevoegt!
Nicolas Guggenbühl
Diëtist Voedingsdeskundige
Ref. :
Haban P et al. Med Sci Monit 2004 ;10(4):149-54. |