|
Magali Jacobs, Diëtiste
News van :
07/11/07
|
In verschillende studies werd een verband gesuggereerd tussen de status in vitamine D en kanker. Deze vitamine zou inderdaad een bescherming geven ofwel door te verhinderen dat de ziekte zich ontwikkelt ofwel door de overleving van de zieken te verbeteren. In ieder geval hadden de aangetoonde effecten te maken met diverse soorten kanker. Kunnen we daaruit dan echt besluiten dat vitamine D zou beschermen tegen kanker in het algemeen? Een grootschalige studie levert interessante elementen voor een antwoord.
Enkel colorectale kanker
De derde NHANES studie (National Health And Nutrition Examination Survey), werd uitgevoerd in de Verenigde Staten bij bijna 17 000 deelnemers tussen 1988 en 1994 die werden gevolgd tot in 2000. De plasmaconcentratie van de voorloper van de actieve vorm van vitamine D, het 25(OH) vitamine D, werd gemeten in het begin en op verschillende tijdstippen van de studie. De kankersterfte werd eveneens genoteerd. In totaal werden 563 sterfgevallen door kanker (alle kankers samen genomen) opgetekend maar daar kon geen verband worden aangetoond met een gering plasmagehalte van vitamine D, zelfs als rekening werd gehouden met individuele elementen die eveneens zouden kunnen tussenkomen bij het ontstaan van kanker. Er was wel een uitzondering: colorectale kanker. De deelnemers met de hoogste vitamine D-plasmaconcentratie hadden een risico dat 72% lager was dan de deelnemers met de laagste vitamine D-gehalten. Natuurlijk ging het hier om de sterfgevallen door kanker en niet om het aantal vastgestelde kankers en dat is niet noodzakelijkerwijze het zelfde.
Hoe gaat het in zijn werk?
De manier waarop vitamine D inwerkt om dat resultaat te verkrijgen is nog niet opgehelderd. Sommige auteurs hebben aangetoond dat deze vitamine een anti-tumorale werking heeft die de proliferatie doet verminderen evenals de diffusie van kankercellen. Anderen menen dat ze de resorptie in de darm zou stimuleren van toxische en cancerigene galzouten voor het colon en het rectum waardoor zou kunnen worden verklaard waarom het effect ervan enkel significant is voor colorectale kanker.
Hoe dan ook, dit is een goede reden om te zorgen voor een voldoende aanbreng van vitamine D via de voeding. Vitamine D is een vetoplosbaar vitamine, dat wil zeggen dat zij in het vetdeel van voedingsmiddelen zit. Ze is voornamelijk aanwezig in dierlijke producten zoals vette vis, boter, eieren, vlees en zuivelproducten...die niet mager zijn. We mogen ook niet vergeten dat bloostelling van de huid aan daglicht de inwendige aanmaak van vitamine D mogelijk maakt. Daar is geen zon in de strike zin voor nodig, want het feit van buiten te zijn met bloot gezicht en voorarmen, gedurende enkele minuten elke dag, is al een goede start !
Magali Jacobs, Diëtiste
Referentie:
Freedman DM et al. J Natl Cancer Inst 2007 Oct 30 [Epub ahead of print].
|
