Door Nicolas Rousseau
" HEALTH & FOOD " nummer 74, December 2005
|
Is het metabool syndroom enkel het gevolg van een overmaat aan calorieën en zwaarlijvigheid of zijn er misschien één of meerdere specifieke factoren bij de aandoening betrokken die hyperinsulinemie, het metabool syndroom en uiteindelijk zwaarlijvigheid in de hand werken? De hamvraag die prof. Michel Krempf (faculteit geneeskunde, Hôtel-Dieu, Nantes) meteen stelde op de MEDEC bijeenkomst te Parijs, maart laatstleden.
Koolhydraten bijzonder kritisch
Enerzijds blijkt er tussen insuline-intolerantie en het totaal vezelgehalte en volle graanproducten een omgekeerd verband te bestaan. Anderzijds is er een rechtstreeks verband tussen insuline-intolerantie en de inname van voedingsmiddelen met een hoge glycemische index (1). Het metabool syndroom is minder uitgesproken aanwezig bij personen die veel vezels en niet geraffineerde graanproducten innemen. Ook de inname van verzadigde vetzuren heeft een nadelige invloed, terwijl de enkelvoudig onverzadigde vetzuren eerder een neutrale tot zelfs gunstige invloed hebben (2). Momenteel wijzen heel wat auteurs (3,4) op het belang van de koolhydraten, in het bijzonder producten met een hoge glycemische index die op hun beurt de insulinesecretie stimuleren, als doorslaggevende factor bij het metabool syndroom. De introductie van voedingsmiddelen met een hoge glycemische index, aldus nog de expert, die in Europa tot stand kwam na de industriële revolutie van de 19de eeuw, zorgde voor een verhoogde insulinesecretie. De dysfunctie van de bèta pancreascellen bij bepaalde personen is wellicht ook aan dit fenomeen te wijten. De verworven ontregeling van de bètacellen kan ook aan de volgende generaties worden doorgegeven, dit is wat althans in diermodellen werd vastgesteld. Wat er ook van zij, en alvorens definitief uitsluitsel te krijgen door interventiestudies, lijkt het geraadzaam enerzijds de consumptie van volle graanproducten en producten met een matige glycemische index aan te bevelen en anderzijds de consumptie van enkelvoudige suikers of zeer geraffineerde producten te beperken. Voor patiënten die reeds metabole afwijkingen vertonen, in casu een dyslipidemie, wordt aanbevolen de inname van enkelvoudig onverzadigde vetzuren te verhogen en het aandeel van de koolhydraten in de voeding te beperken.
Een wetenschappelijk symposium in 2006
Het is duidelijk dat in verband met het metabool syndroom nog heel wat zaken onduidelijk zijn. Bepaalde specialisten stellen zich overigens de vraag of er wel sprake kan zijn van een metabool syndroom…. Vandaar het belang om er vandaag in België over te praten en het initiatief, genomen door het Unilever Health Institute voor een volgende wetenschappelijke samenkomst (18 februari 2006) kan alleen maar toegejuicht worden. In de wetenschappelijke raad van het aangehaalde Instituut zetelen een aantal onafhankelijke Belgische experts uit diverse wetenschappelijke disciplines. Het doel van het Instituut is de volksgezondheid te bevorderen. Dit zal gebeuren door diverse concrete wetenschappelijke acties op gebied van voeding en hygiëne op touw te zetten, door wetenschappelijk onderzoek te ondersteunen en allerhande informatie te verstrekken. Een van die activiteiten is dus het Unilever Health Institute Symposium waarvan de eerste editie geheel aan het metabool syndroom zal gewijd zijn. Er zullen ook actualiteitsforums georganiseerd worden, informatieve folders verspreid worden, workshopsessies voor professionelen ingericht worden enz… Naast het wetenschappelijk luik van het Unilever Health Institut wil het instituut zich ook actief engageren in een aantal grootschalige programma’s met betrekking tot de volksgezondheid in België, projecten die momenteel nog in het stadium van hun ontwikkeling zijn. Nicolas Rousseau
Meer informatie vindt u op http://www.unileverhealthinstitute.be
*MEDEC, Palais des Congrès, Parijs, 15-18 maart 2005-11-28
Referenties
1. McKeown NM, Diabetes Care 2004, 27 : 538-546.
2. Costacou T, Ann Rev Nutr 2003, 23 : 147-170.
3. Lieberman LS. Annu Rev Nutr 2003, 23 : 345-377.
4. Kopp W. Metabolism 2003, 52 : 840-844. |