Door Dr. Jean Andris
" HEALTH & FOOD " nummer 77, Mei/Juni 2006
|
De voordelen van probiotica bij de preventie en behandeling van diarree bij volwassenen zijn genoegzaam bekend. De heilzame eigenschappen van Saccharomyces boulardii (onder gelyofiliseerde vorm) op dit domein zijn gekend alsook de onschadelijkheid ervan. Hoewel de vraag al minstens vijftien jaar is gesteld, zijn er maar weinig gegevens beschikbaar omtrent de doeltreffendheid bij kinderen. Een aantal studies hebben de bevindingen van de pioniers op dit vlak geactualiseerd.
Minder ontlasting
Chapoy voerde een gerandomiseerde prospectieve studie uit bij zuigelingen met een matig intensieve acute enteritis. De hoeveelheid oraal toegediende gist bedroeg 500 mg/dag onder te rehydrateren vorm. Er werden twee groepen van 19 kinderen samengesteld : één groep kreeg de behandeling met de gist, een andere fungeerde als controlegroep. Na verloop van twee weken werden een aantal significante verschillen vastgesteld, met name het aantal ontlastingen, het gewicht en de samenstelling van de ontlasting, alsook de transittijd, bepaald door middel van een kleurstof.
Deze resultaten zijn geheel in overeenstemming met deze van Cetina-Sauri et al., verkregen uit een onderzoek bij 130 kinderen van drie maanden tot drie jaar oud. Met een dagelijkse dosis van 3 x 200 mg Saccharomyces boulardii stelden de onderzoekers in een dubbelblinde, placebo gecontroleerde studie een significante daling van het aantal ontlastingen vast en dit vanaf het 48ste uur van de behandeling. Het aantal klinische genezingen tussen het 48ste en 96ste uur lag significant hoger in de behandelde groep in vergelijking met de placebogroep.
Snelle genezing
Ook Kurugöl en Koturoglu onderzochten de doeltreffendheid van Saccharomyces boulardii bij kinderen met acute diarree. Tweehonderd kinderen met diarree als gevolg van een infectie met het rotavirus werden ad random in twee groepen ingedeeld. Ze kregen gedurende vijf dagen ofwel Saccharomyces boulardii (250 mg/dag) ofwel een placebo toegediend. Vanaf de tweede dag daalde, in vergelijking met de placebogroep, het aantal ontlastingen in de probioticagroep opmerkelijk. Ook de duur van de diarree daalde significant met de behandeling (4,7 vs 5,5 dagen ; p = 0,03). Daardoor kon ook de duur van de hospitalisatie in de behandelde groep teruggedrongen worden in vergelijking met de controlegroep. Vier kinderen uit de placebogroep vertoonden een hardnekkige diarree terwijl dit slechts voor één kind het geval was in de met de gist behandelde groep.
Een bijzonder risico
Diarree als gevolg van antibiotica (DAA) wordt veroorzaakt door een onevenwicht in de darmflora als gevolg van een antibacteriële behandeling. Antibiotica die zeer vaak aanleiding geven tot dit soort diarree zijn onder meer amoxicilline (met of zonder clavulaanzuur), de cefalosporines van de tweede generatie en clindamycine. Antibiotica komen onder actieve vorm in de gal terecht, van waaruit ze in de darm komen en kunnen dezelfde invloed hebben. De tetracyclines behoren tot deze groep; het toedienen ervan aan jonge kinderen wordt evenwel afgeraden. Het samengaan van diverse antibiotica en langdurige behandelingen verhogen het risico. Een lange ziekenhuisopname en een chirurgische ingreep, in het bijzonder van een spijsverteringsorgaan, zijn eveneens factoren die DAA bevorderen. Deze laatste twee risicofactoren zijn eerder zeldzaam bij kinderen, maar ze komen toch soms voor.
Recente studies wijzen op het belang van gevriesdroogde Saccharomyces boulardii ter preventie van DAA. Kotowska et al. toonden aan dat de gelijktijdige toediening van antibiotica voor otitis of een infectie van de luchtwegen én S. boulardii , DAA voorkomt.
Een beschermende rol
In de aangehaalde studie waren in totaal 269 kinderen tussen 6 maanden en 14 jaar betrokken. Ze werden ad random in twee groepen verdeeld en tijdens hun antibioticabehandeling kregen ze, dubbel blind, ofwel een supplement van Saccharomyces boulardii (500 mg/dag) (n=132) ofwel een placebo (n=137). De prevalentie van diarree bij de kinderen die samen met hun antibioticumbehandeling ook het gistsupplement kregen toegediend was lager in vergelijking met de controlegroep (7,5 % vs 23 %). Het relatief risico bedroeg 0,3. In dit onderzoek werd diarree omschreven als drie of meer ontlastingen (met een vloeibare of zachte consistentie) per dag en dit gedurende tenminste 48 uur tot één maand tijdens en tot twee weken na de antibioticabehandeling. De DAA werd nog nauwkeuriger omschreven en beantwoordde aan dezelfde criteria als voorgaande met als bijkomende criteria dat de diarree het gevolg was van een C. difficile besmetting of niet kon worden toegeschreven aan een klassiek pathogeen agens. In dit onderzoek bedroeg het relatief risico op DAA (beantwoordend aan de hierboven vermelde criteria) 0,2 met S. boulardii in vergelijking met placebo en werd er geen enkel neveneffect vastgesteld.
Zelfs tegen Clostridium difficile
Pseudomembraneuze colitis is een aandoening die bij kinderen zelden voorkomt, wat niet wil zeggen dat kinderen volledig beschermd zijn tegen een infectie met Clostridium difficile. De gevolgen van dergelijke infectie manifesteren zich vaak onder vorm van een acute diarree of een chronische enterocolopathie. In het verleden werd reeds door Buts et al. hieromtrent onderzoek verricht bij 19 zuigelingen en kinderen aangetast door een chronische diarree. C. difficile (aanmaker van het toxine B) was de enige pathogeen die in de
copro cultuur van deze onderzoeksgroep werd geïdentificeerd. De meeste van de kinderen hadden in een recent verleden een antibioticabehandeling ondergaan. Het toedienen van een dosis Saccharomyces boulardii (in functie van de leeftijd 500 tot 1000 mg/dag) en dit gedurende 15 dagen, leidde ertoe dat bij 18 kinderen de ziektesymptomen vrij vlug achterwege bleven alsook bij 16 onder hen de schadelijke effecten van het Clostridium difficile toxine.
Betrouwbaar en doeltreffend
Op basis van de resultaten uit deze studies mag dus besloten worden dat het toedienen van Saccharomyces boulardii ook bij kinderen (zoals bij volwassenen) doeltreffend is. Dit is, gezien het feit dat kinderen veel kwetsbaarder zijn en veel vlugger het slachtoffer zijn van de gevolgen van dehydratatie in vergelijking met volwassenen, een zeer belangrijke vaststelling. In de studie van Kotowska, (preventie van DAA), bedroeg de gebruikte hoeveelheid Saccharomyces boulardii 500 mg/d en duurde de toediening even lang als de antibioticatherapie. In de studie van Kurogöl (acute infectueuze diarree) was de gebruikte dosis 250 mg/d met een toediening van 5 dagen. Deze dosissen blijken goed te worden verdragen door de kinderen. De afwezigheid van ernstige neveneffecten is eveneens een garantie voor het veilig gebruik van deze gist.
Dr. J. Andris
Referenties
Buts JP, Corthier G, Delmée M. Saccharomyces boulardii for Clostridium difficile-associated enterocolopathies in infants. J Pediatr Gastroenterol Nutr 1993; 16: 419-25.
Cetina-Sauri G, Sierra Basto G. Evaluation thérapeutique de Saccharomyces boulardii chez des enfants souffrant de diarrhée aiguë. Ann Pediatr 1994; 41: 397-400.
Chapoy P. Traitement des diarrhées aiguës infantiles : essai contrôlé de Saccharomyces boulardii. Ann Pediatr 1985; 32: 561-3.
Kotowska M, Albrectht P, Szajewska H. Saccharomyces boulardii in te prevention of antibiotic-associated diarrhea in children: a randomized double-blind placebo-controlled trial. Aliment Pharmacol Ther 2005; 21: 583-90.
Kurugöl Z, Koturoglu G. Effects of Saccharomyces boulardii in children with diarrhoea. Acta Paediatrica 2005; 94: 44-7. |