Door Nicolas GuggenbühlDiëtist voedingsdeskndige
" HEALTH & FOOD " nummer 80, December 2006
|
Zowel de zwarte, groene, witte als ooling thee is afkomstig van de blaadjes van de Camellia Sinensis plant. De blaadjes bevatten een opmerkelijke concentratie aan antioxidanten. Antioxidanten, ook in fruit en groenten en in bepaalde dranken zoals druivensap of wijn aanwezig, zijn in staat vrije radicalen te neutraliseren. Momenteel zijn meer dan 4 000 verschillende flavonoïden geïdentificeerd.
Topbron
Tijdens een bijeenkomst van de American Dietetic Association in mei 2005, werd verkondigd dat thee de belangrijkste bron van flavonoïden is in de voeding van de Amerikanen. Thee levert ongeveer 55 % van de dagelijkse inname van flavonoïden. De Michigan State University schat dat in totaal 24 flavonoïden aanwezig zijn in de voeding van de Amerikaan. De belangrijkste, in dalende orde zijn : favanolen, flavonolen, flavonen, anthocyanen en isoflavonen. De totale inname van flavonoïden in Amerika wordt op 130-140 mg per dag ingeschat. Één tas zwarte thee van 200 ml bevat tot 136 mg flavonoïden. Zwarte thee vertegenwoordigt dan ook de belangrijkste bron van flavonoïden, met 50 tot 80 % van de totale aanbreng. In een tas groene thee zitten 90 tot 110 mg catechines en in zwarte thee 130 tot 140 mg flavonoïden.
De kunst van het fermenteren
De soort flavonoïden aanwezig in thee wordt bepaald door de graad van oxidatie die de blaadjes ondergaan tijdens het fermentatieproces. De belangrijkste flavonoïden aanwezig in groene en witte thee zijn de catechines (70 %). Groene thee ondergaat slechts een korte fermentatie, waardoor de oorspronkelijke structuur van de catechines behouden blijft. Gezien de blaadjes van witte thee helemaal niet gefermenteerd worden, zijn ze uiteraard ook een zeer goede bron van catechines. Thearubignines zijn de belangrijkste flavonoïden aanwezig in zwarte thee (70 %) alsook de theaflavines en dit als gevolg van de polymerisatie van de catechines. Zwarte thee ondergaat een lang fermentatieproces, waardoor de natuurlijke structuur van de catechines in belangrijke mate gewijzigd wordt. De fermentatie die oolong thee ondergaat situeert zich tussen die van groene en zwarte thee.
Samenstelling
Groene thee : 70 % catechines, 10 % flavonolen en 20 % polymere flavonoïden.
Zwarte thee : 7 % thearubigines, 12 % theaflavines, 10 % flavonolen en 8 % catechines.
Het onderzoek vordert
Door in vitro onderzoek (Hollman et al.; Cao et al.; Wang et al., Rice-Evan et al.), kon de antioxidatieve capaciteit van thee bepaald worden. Hieruit blijkt onder meer dat de antioxidatieve capaciteit van één tas zwarte thee meer dan drie maal hoger ligt dan die van een portie courant gebruikte groenten, en meer dan twee maal zo hoog als die van een portie gewoon fruit. Proeven uitgevoerd bij mensen (Serafini; Langley-Evan; Sung et al.), tonen aan dat de antioxidatieve capaciteit van het plasma stijgt na het drinken van thee. Het is evenwel niet helemaal duidelijk of deze antioxidatieve werking geheel te danken is aan de flavonoïden aanwezig in thee. In vivo worden de flavonoïden, waaronder de catechines, gedeeltelijk opgenomen door de dunne darm. Het niet verteerd deel bereikt het colon waar het door de aanwezige bacteriën nagenoeg geheel wordt afgebroken. Om nog beter de juiste werking van de flavonoïden aanwezig in thee te kennen is nog veel wetenschappelijk onderzoek vereist.
Nicolas Guggenbühl
diëtist, voedingsdeskundige
Referenties
*Congres Voeding en Gezondheid 2006 en Nutrinews, November 2006.
|