.
 

Dieet-Namaak> N°76
<< previous next >>

Osteoartritispijn:
supplementen weinig doeltreffend

De resultaten van een gerandomiseerd multicentrisch onderzoek, placebo tegenover glucosamine en chondroïtinesulfaat, leverde voor wat kniepijn betreft gemengde resultaten op.

Door Nicolas Guggenbühl

" HEALTH & FOOD " nummer 76, Maart/April 2006

het artikel drukken

Glucosamine, het sulfaat van chondroïtine en chondroïtinesulfaat worden onder de vorm van supplementen courant gebruikt bij de behandeling van artrose en osteoartritispijn. Er zijn ernstige wetenschappelijke aanwijzingen dat deze stoffen inderdaad doeltreffend kunnen zijn. Anderzijds blijkt uit andere gegevens dat hun effect, toch voor wat de osteoartritispijn betreft, sterk overschat wordt.
Om hierover meer duidelijkheid te scheppen zette de School voor Maatschappelijke Gezondheid aan de Universiteit van Utah, Salt Lake City (Verenigde Staten) een uitgebreid multicentisch onderzoek op, GAIT (Glucosamine/chondroitin Arthritis Intervention Trial) genaamd. Het onderzoek liep over een periode van vijf jaar in 16 universitaire reumatologische centra en kostte een slordige 12.5 miljoen dollar.

Vijf groepen

Meer dan 1 600 patiënten met osteoartritische kniepijn namen deel aan het onderzoek. Ze werden in vijf groepen ingedeeld, de groepen kregen respectievelijk : een placebo; een positief placebo (celecoxib, een courant voorgeschreven middel voor artritispijn, à rato van 200 mg/dag); ‘glucosamine’ (1500 mg/dag); ‘chondroïtinesulfaat’ (1200 mg/dag); een combinatie van glucosamine en chondroïtinesulfaat.
De onderzoekers hielden rekening met de intensiteit van de pijn die elke deelnemer ervoer. 78 % van de 1 883 patiënten rapporteerde een lichte pijn en de 22 % resterende patiënten een matige tot ernstige pijn. Om de resultaten van de verschillende ‘behandelingen’ te evalueren werd de vermindering van de pijn als criterium genomen; deze moest op zijn minst 20 % bedragen na 24 weken van behandeling. Voor het geheel van de onderzoekspopulatie bleek dat om de kniepijn te doen verminderen, het glucosamine en het chondroïtinesulfaat niet significant beter scoorden. Het responspercentage bedroeg 60.1 % voor het placebo, en 3.9 % meer voor het glucosamine (p = 0.30); 5.3 % hoger voor het chondroïtinesulfaat (p = 0.17) en 6.5 % voor de combinatie van de twee (p = 0.09). Enkel celecoxib verschilde significant in vergelijking met het placebo, met een responspercentage van 70.1 % (p = 0.008).

Een kwestie van pijn

Bij nader onderzoek van de pijnintensiteit binnen de afzonderlijke groepen, bleken glucosmaine en chondroïtinesulfaat geen significante invloed te hebben bij de patiënten met lichte pijn. Het effect bleek daarentegen wel significant te zijn bij het gecombineerd gebruikt van glucosamine + chondroïtinesulfaat in de groep met matige tot ernstige pijn (responspercentage van 79.2 %) en dit in vergelijking met het placebo (responspercentage van 54.3 %, p = 0.002). De onderzoekers wijzen er evenwel op dat de resultaten binnen de groep met meer uitgesproken pijn met enige omzichtigheid moeten benaderd worden; de groep bestond immers maar uit 22 % van de onderzochte populatie.
Voor Clegg, de leider van het onderzoeksteam, bieden volgende aanbevelingen de beste garanties tot succes bij de behandeling van osteoartritis : stel een evenwichtig voeding samen, doe regelmatig aan lichaamsbeweging, vermager indien nodig en gebruik medicatie in functie van de pijnintensiteit.
In een tweede luik van het onderzoek zal nagegaan worden of glucosamine en chondroïtinesulfaat, afzonderlijk of gecombineerd gebruikt, een invloed hebben op osteoarthritische kniepijn. Wordt vervolgd …

Nicolas Guggenbühl
Diëtist, nutritionist

Referentie:
Clegg DO et al. N Engl J Med 2006;354(8):858-60.

hoog van bladzijde

<< previous

Google

Web
H&F.be
 

© Health and Food est une publication de Sciences Today - Tous droits réservés