Nicolas Guggenbühl
News van :
21 Februari 2007
|
Plantaardige voeding, olijfolie, vis, rode wijn, ... kenmerkende ingrediënten van de mediterrane voeding die al meer dan vijftig jaar haarfijn worden onderzocht door wetenschappers over gans de wereld. Ten onrechte wordt de mediterrane voeding soms herleid tot enkele losse elementen, zoals olijfolie of rode wijn. In feite is het de voeding in zijn geheel, en meer nog, een bepaalde levenswijze, kenmerkend voor de bevolking rond de Middellandse zee, die als gezondheidsbevorderend worden aanzien. Hoewel bepaalde verbanden tussen voeding en gezondheid vroeger al duidelijk konden worden aangetoond, zoals armoede, verzadigde vetten en het risico op cardiovasculaire sterfte, heeft men nooit andere invloeden geheel kunnen uitschakelen. Zo zijn er sterke vermoedens dat de siësta na het middageten, een vastgeankerde gewoonte in de mediterrane landen, een lager risico op coronaire sterfte voor gevolg heeft.
Doet u ook een middagdutje?
Een onderzoeksteam verbonden aan de School voor Maatschappelijke Gezondheid van de Universiteit van Athene onderzocht een populatie van 23.681 Griekse mannen en vrouwen, leeftijd tussen 20 en 86 jaar, zonder cardiovasculaire antecedenten. De proefpersonen werden over een periode van zes jaar gevolgd. Systematisch werd bij de aanwerving de vraag gesteld: 'houdt u 's middags een siësta?'.
Op basis van de verkregen antwoorden, en rekening houdend met andere risicofactoren, kwamen de onderzoekers tot volgend besluit: het risico op overlijden ten gevolge van een hartaandoening ligt bij zij die een middagdutje doen, ongeacht de lengte en de frequentie ervan, 34 % lager in vergelijking met diegenen die geen siësta houden. Meer nog, het risico daalt zelfs met 37 % bij diegenen die een siësta houden van minstens een half uur en dit tenminste drie maal per week.
Vooral de beroepsactieven
De studie toont ook aan dat het 'siësta-effect' door het al dan niet beroepsactief zijn wordt beïnvloed. De daling van de coronaire sterfte bedraagt 64 % voor de beroepsactieven, terwijl dit slechts 36 % is voor niet-beroepsactieven.
Deze resultaten, met name de siësta enerzijds en de invloed in functie van de arbeid, stroken perfect met wat reeds lang in verband met de negatieve impact van chronische stress op de gezondheid van het hart gekend was. Conclusie: wil men ten volle van de gezondheidsbevorderende eigenschappen van de mediterrane voeding genieten, is niet alleen de inhoud van het bord belangrijk, maar ook wat er zicht rond het bord afspeelt. Blijft natuurlijk de vraag: is de siësta een destresserende factor, of zijn het diegenen die het minst gestresseerd zijn die een siësta houden?
Nicolas Guggenbühl
Diëtist voedingsdeskundige
Ref:
Naska A et al. Arch Intern Med; 167:296-301
|