.
 

Archieven> N°128 > @rtikel
article précédent image suivante

Groenten en antioxidantia tegen kanker

Antioxidanten spelen een belangrijke rol voor de gezondheid. In een evenwichtige voeding worden ze aangebracht via groenten en fruit. En dan is het nog nodig er voldoende van te eten.

Eten de Belgen niet genoeg groenten fruit? De consumptie in 2008 door heel de Belgische bevolking – en niet alleen door kinderen – bedroeg gemiddeld 343 g/d1 .Als daar nog de consumptie van fruitsap wordt aan toegevoegd, komen we tot 400g zoals aanbevolen door de WGO. Maar ook al beantwoordt het gemiddelde aan de doelstellingen, toch vermoeden we dat er uitgesproken verschillen bestaan in de landsdelen. In hetzelfde jaar bedroeg de gemiddelde consumptie bij kinderen 242g per dag (137 g fruit en 105 g groenten). Dat komt overeen met slechts 61% van wat de Wereldgezondheidsorganisatie aanbeveelt voor kinderen jonger dan 11 jaar. De epidemiologische studies geven nochtans aan dat een hoger verbruik van groenten en fruit gepaard gaat met een lager risico op chronische aandoeningen zoals cardiovasculaire ziekten, type 2 diabetes en sommige kankers (mond, farynx, larynx, slokdarm, maag en longen)2. Een van de redenen waarom die voedingsmiddelen van belang zijn is hun aanbreng aan antioxiantia

Oxidatiestress en kanker

De oxidatieprocessen zijn een van de fundamentele stofwisselingsactiviteiten die onontbeerlijk zijn voor het leven. Denk maar aan de oxidatieve fosforylaties die in de mitochondrieën plaatsgrijpen en die aanleiding geven tot de productie van het grootste deel van ATP die onze cellen nodig hebben als onmiddellijke bron van energie voor tal van functies. Maar de oxidaties produceren ook vrije radicalen, zeer instabiele en hoog-reactieve molecules, die de vitale structuren van onze cellen kunnen beschadigen. Dat wordt de oxidatieve stress genoemd en wordt ervan verdacht een rol te spelen bij tal van ziekten waaronder de ziekte van Alzheimer en van Parkinson, kanker, oog- en hartaandoeningen en reumatoïde poliarthritis4. Stralingen en een hele reeks milieuverontreinigingen kunnen ook de vorming van vrije radicalen bevorderen. Eén van die goed bekende factoren die vrije radicalen genereren is de consumptie van tabak onder al zijn vormen. En spijtig genoeg heeft die factor al een trieste reputatie als risicofactor voor kanker niet alleen in de luchtwegen maar ook in tal van inwendige organen en holten (mond, larynx, neusholten, sinussen, …). Het lichaam maakt zelf zijn eigen antioxidanten aan en betrekt er ook uit de voeding. Die zijn in overvloed aanwezig in groenten, volkorenproducten, thee en noten. Ze kunnen ook in voedingssupplementen aanwezig zijn.

Alsmaar evidenter

Het wordt alsmaar duidelijker dat de antioxidantia in voedingsmiddelen een rol spelen bij de preventie van verschillende kankers. Zo geven we als voorbeeld een recent literatuuroverzicht gepubliceerd door Zhou en Rahffoul5, over de antioxidatieve eigenschappen van druiven. Die worden weliswaar vers of gedroogd overvloedig verbruikt in heel de wereld, maar men kan uit het vel of de pitten ervan fenolbestanddelen extraheren die krachtige vangers en chelatoren zijn van vrije radicalen en die de oxidatie remmen van lipiden in tal van in vitro celmodellen. Ze werken in op de epidermale groeifactor (epidermal growth factor), remmen de overexpressie van cyclo-oxygenase 2 (COX-2), van prostaglandines en van de oestradiolreceptoren. Ze interfereren ook met de intracellulaire signalisatiepathways van de oestrogeenreceptoren. Door al die effecten leiden ze tot het onderbreken van de celcyclus en tot apoptose. Dat is een echt proces van geprogrammeerde celdood waardoor abnormale cellen worden geëlimineerd. Die werkingsmechanismen werden ook aangetoond bij dieren. Over de in vivo effecten bij de mens zijn de resultaten tegenstrijdig. Er bestaan echter alsmaar meer argumenten uit klinische trials die erop wijzen dat consumptie van druiven, wijn en druivensap zou bijdragen tot de preventie van kanker. Meer algemeen lijkt het verbruik van groenten en fruit een positieve invloed te hebben6.

Methodologische problemen

Het overzicht van Zhou et Raffoul illustreert goed hoe moeilijk het is een preventief effect aan te tonen van voedingssupplementen met antioxidantia. Om die moeilijkheid beter te begrijpen dienen we eraan te denken dat het onmogelijk is een voedingsfactor te isoleren van andere en dat er altijd wisselwerkingen zijn met andere factoren zoals ook niet nutritionele elementen (genetische, omgevingsfactoren,…). Dat geldt ook voor de inname van supplementen met antioxidanten, des te meer omdat er zoveel soorten zijn. Maar het is ook moeilijk om de algemene impact in te schatten van antioxidantia op alle soorten kanker omdat de gevoeligheid daarvan waarschijnlijk verschillend is.

Dat het moeilijk is om de effecten aan te tonen betekent echter niet dat er geen effect is. De eerste grote gerandomiseerde poging op gebied van preventie van kanker door antioxidanten werd gepubliceerd in 1936. Het was de Chinese Cancer Prevention Study, waarin het effect werd geëvalueerd van een combinatie van bèta-caroteen, vitamine E en selenium bij Chinese mannen en vrouwen in goede gezondheid maar met een hoog risico op maagkanker7. In die studie werd aangetoond dat door die combinatie het risico op kanker (van gelijk welke soort) daalde en ook dat op maagkanker.

In een recente publicatie van Wei Zhang et al.8 wordt de analyse aangehaald van 132 837 dossiers van mannen en vrouwen uit de Shanghai Women’s Health Study tussen 1997 en 2000 en van de Shanghai Men’s Health Study tussen 2002 en 2006. Uit deze analyse wordt besloten dat vitamine E, zowel uit de voeding als uit supplementen, gepaard gaat met een geringere incidentie van leverkanker.

Kwestie van evenwicht

Er zijn dus studies die suggereren dat door antioxidantia een bijdrage kan worden geleverd tot de preventie van bepaalde kankers. Maar het is niet eenvoudig. De effecten op verschillende soorten kanker zijn ongetwijfeld niet identiek. De plaats ontbreekt ons om hier te spreken over de kankersoorten per lokalisatie. De effecten zijn zeker ook verschillend al naargelang van de patiëntengroepen9. En we mogen niet vergeten dat in ons lichaam de antioxidantia een keten vormen. Het heeft dus geen zin één ervan te nemen en we dienen combinaties te gebruiken. Dan is er nog de toxiciteit en zoals in de SELECT-studie10 werd aangetoond kan die toxiciteit het risico op bepaalde kankers doen toenemen. Het is dus beter zorgvuldig de patiënten uit te kiezen die nood hebben aan supplementen met antioxidanten en hen aan te moedigen hun verbruik van groenten en fruit te verhogen. Het onderzoek gaat verder om beter het belang te evalueren van antioxidantia voor de kankerpreventie.

Kader: Gemiddelde consumptie van groeten en fruit in Europese landen

Dr Jean Andris

Referenties:

1. Elmadfa I et al. (2009). European Nutrition and Health Report 2009. Forum Nutrition 62:1-405.

2. European Food Information Council (EUFIC). Consommation de fruits et de légumes en Europe – Les Européens en mangent-ils assez? Janvier 2009.
http://www.eufic.org/article/fr/expid/Consommation-fruits-legumes-Europe/

3. European Food Safety Authority (2008). Concise Database summary statistics - Total population. Disponible sur le site:
http://www.efsa.europa.eu/en/datexfoodcdb/datexfooddb.htm

4. National Center for Complementary and alternative medicine (NCCAM, USA.) Antioxidant Supplements for Health: An Introduction.
http://nccam.nih.gov/health/antioxidants/introduction.htm. Engelstalig, geraadpleegd in december 2012.

5. Zhou1 K, Raffoul JJ. Potential anticancer properties of grape antioxidants. Journal of Oncology 2012, 8 pages. DOI 10.1155/2012/803294.

6. Boeing H, Bechthold A, Bub A et al. Critical review: vegetables and fruit in the prevention of chronic diseases. Eur J Nutr (2012) 51:637–663. DOI 10.1007/s00394-012-0380-y

7. Blot WJ, Li JY, Taylor PR, et al. Nutrition intervention trials in Linxian, China: supplementation with specific vitamin/mineral combinations, cancer incidence, and disease-specific mortality in the general population. J Natl Cancer Inst 1993; 85: 1483–91.

8. Wei Zhang, Xiao-Ou Shu, Honglan Li et al. Vitamin intake and liver cancer risk: a report from two cohort studies in China. Journal of the National Cancer Institute, 2012. DOI 10.1093/jnci/djs27

9. National Cancer Institute. Antioxidants and cancer prevention: fact sheet. 2004.
http://www.cancer.gov/cancertopics/factsheet/prevention/antioxidants Geraapdleegd in december 2012.

10. National Cancer Institute. Selenium and Vitamin E Cancer Prevention Trial (SELECT). 2011.
http://www.cancer.gov/newscenter/qa/2008/selectqa


Google

Web
H&F.be
 

 

© Health and Food est une publication de Sciences Today - Tous droits réservés