.
 

Archieven> N°93 > artikel
article précédent image suivante

Intestinale flora en obesiteit

Mogelijk speelt de samenstelling van het microbieel ecosysteem van de darm een rol in de etiologie van zwaarlijvigheid. Een wijziging van de samenstelling van de darmflora (met probiotica) biedt belovende perspectieven voor de behandeling van deze aandoening.

" HEALTH & FOOD " nummer 93, 2008

het artikel drukken
Het is alom geweten dat de werking van intestinale flora complex en veelzijdig is, die zeker haar geheimen nog niet helemaal heeft blootgegeven. Gezien het belang van de darmflora voor de gezondheid wordt deze tegenwoordig zelfs als een ‘volwaardige orgaan’ aanzien. Een orgaan met een complexe, veelzijdige en omvangrijke samenstelling. Een uitermate belangrijk gegeven is dat de flora en de gastheer in perfecte harmonie moeten leven. Het gaat zelf verder. De uitgebreidheid van de gezamenlijke microbiële genen hebben ertoe geleid de flora als een ‘metagenoom’ te bestempelen.

Een actieve acteur
Dat de darmflora een rol speelt in tal van metabole processen in het lichaam van de gastheer is geen nieuw gegeven. Door steeds diepgaander onderzoek is wel een nieuw aspect aan het licht gekomen: er zijn aanwijzingen dat er een verband met het energiemetabolisme bestaat. Er zou zelfs een bepaalde pathologie mee gepaard gaan: afwijkingen in de samenstelling of functionering van de darmflora kan aanleiding geven tot het ontwikkelen van obesitas of zelfs type 2 diabetes... Het fermentatieproces, waarbij de darmbacteriën een uitermate belangrijke rol spelen, is genoegzaam gekend. Door het verteringsproces komt een hoeveelheid energie vrij die ter beschikking wordt gesteld van de gastheer. De circulatie van vrije vetzuren en hun opslag in de adipocyten wordt gecontroleerd door de ‘fasting induced adipocyte factor’ (sFIAF), een gen waarvan de expressie beïnvloed wordt door de darmflora. De belangrijkste risicofactoren van het metabool syndroom zijn gekend: erfelijkheid, voedingsgewoonten, onvoldoende fysieke activiteit. Meer en meer wordt duidelijk dat deze factoren ontoereikend zijn om het syndroom volledig te verklaren en dat de samenstelling van de darmflora wellicht ook een bepalende factor is. Recente studies tonen aan dat de samenstelling van de darmflora bij magere personen verschillend is dan die bij zwaarlijvige personen.

Vetten en darmflora
Een vetrijke voeding wijzigt de samenstelling van de intestinale flora. Het aandeel van de bifidobacteriën daalt, terwijl het aandeel van bacteriën die een lipopolysaccharide (LPS) bevatten stijgt. Dit leidt tot een stijging van de lipopolysacchariden in het bloed, met ontstekingen, insulineresistentie en type 2 diabetes met obesiteit voor gevolg. Diabetes en obesitas geven aanleiding tot een verhoogde ontstekingsactiviteit, die wellicht te verklaren is door een endotoxemie of een verhoogd lipopolysaccharidengehalte in het bloed. Onderzoeken in experimentele omstandigheden bij muizen leidden tot volgende resultaten: bij muizen die gedurende vier weken een vetrijke voeding krijgen verdubbelt of verdrievoudigt het lipopolysaccharidengehalte in het bloed. Het lipopolysaccharide kan tot ontstekingen leiden. Wanneer het gedurende vier weken via een onderhuids infuus bij muizen wordt toegediend, ziet men eveneens een stijging van de nuchtere glycemie en de insulinemie, alsook een toename van het lichaamsgewicht, het gewicht van de lever en van het vetweefsel. Bij dieren die gedurende een zelfde periode met een vetrijke voeding gevoed worden, treden dezelfde verschijnselen op. Ook hier stijgen de inflammatoire markers.

Zwaarlijvigheid bestrijden?
Een wijziging van de darmflora is dus mogelijk een preventieve of therapeutische maatregel bij de behandeling van het metabool syndroom als gevolg van een vezelarme en vetrijke voeding. In een studie, uitgevoerd bij muizen door Cani et al, werd de microbiële darmflora gewijzigd door toediening van antibiotica. Door deze wijziging stelden de onderzoekers een verlaging van de endotoxemie vast en een verlaging van de LPS in de blindedarm. Dit gebeurde ook bij obese muizen (ob/ob) of muizen gevoed met een vetrijke voeding. De effecten leidden ook tot een terugval van glucosetolerantie, een gewichtstoename en de ontwikkeling van adipeus weefsel.In een dierenmodel kon Lesniewska et coll. aantonen dat het toedienen van een mengeling van Lactobacullus delbrueckii, L. rhamnosus GG, Bifidobacterium lactis Bb12 en inuline, significante wijzigingen teweeg bracht in het aantal lactobacillen, bifidobacteriën en enterobacteriaceae ter hoogte van de maag, dunne darm, blindedarm en colon. Het is op een gans ander domein, dit van de problematiek van de obesiteit, dat er zich nieuwe onderzoeksopportuniteiten aanbieden aangaande de rol van de intestinale flora en probiotica. Zo kon Prof. J Gordon (Center for Genome Sciences, Universiteit Washington, USA) en zijn onderzoeksteam bij axenisch (zonder flora) geboren en in een steriele omgeving gekweekte muizen vaststellen dat deze diertjes veel meer voedsel innamen (bijna 30 % meer) in vergelijking met ‘controle muizen’. Wat de onderzoekers hierbij vooral opviel was dat, spijts de verhoogde voedselinname, de axenische muizen aanzienlijk minder vetmassa vertoonden (tot 42 %) in vergelijking met ‘controle muizen’.


De Redactie

Referenties
Cani PD, Bibiloni R, Knauf C et al. Changes in gut microbiota control metabolic endotoxemia-induced inflammation in high-fat diet-induced obesity and diabetes in mice. Diabetes. 2008; 57: 1470 - 81.

Cani PD, Delzenne NM. Gut microflora as a target for energy and metabolic homeostasis. Curr Opin Clin Nutr Metab Care. 2007; 10: 729 - 34.

Delzenne NM, Cani PD. Gut microflora is a key player in host energy homeostasis. Med Sci (Paris). 2008; 24: 505 - 10.

DiBaise JK, Zhang H, Crowell MD et al. Gut microbiota and its possible relationship with obesity. Mayo Clin Proc. 2008; 83: 460 - 9.

Lesniewska V, Rowland I, Cani PD et al. Effect on components of the intestinal microflora and plasma neuropeptide levels of feeding Lactobacillus delbrueckii, Bifidobacterium lactis, and inulin to adult and elderly rats. Appl Environ Microbiol. 2006; 72: 6533 - 8.

4e Convention internationale sur les probiotiques, georganiseerd door Danone te Parijs, 9 en 10 maart 2006.

hoog van bladzijde


Google

Web
H&F.be
 

 

© Health and Food est une publication de Sciences Today - Tous droits réservés