" HEALTH & FOOD " nummer 94, 2009
|
Sportlui van hoog niveau besteden fenomenale hoeveelheden energie zowel aan training als aan competitie. Dat gaat zover dat ze zelfs dat energieverbruik niet kunnen compenseren via de normale voeding ook al is die aangepast. De verbruikte energie dient niet enkel aangevuld maar er dienen ook voedingsmiddelen gekozen die de prestaties verbeteren zonder enige stoornis te veroorzaken. De wetenschap kan dat probleem oplossen maar daarvoor is wel een diepgaande kennis nodig van het energiemetabolisme. Dat was het onderwerp van de debatten van de laatste vijf edities van « Nestlé Symposium ».
Verschillen van binnen en van buiten
Elk individu is verschillend door zijn levensstijl en zijn genetisch patrimonium. Er zijn dus verschillen in het energiemetabolisme, dat wordt beďnvloed door die twee onderdelen van het leven. Er is een belangrijke plaats waar dat metabolisme wordt geregeld : de hersenen die een even hoog energieverbruik hebben als de spieren. Met medische beeldvorming kon worden aangetoond dat onze vijf zintuigen, die allen tussenkomen bij het eten, bijna heel onze hersenen activeren. Maar we beginnen pas die processen te begrijpen evenals de manier waarop de energietransfer naar ons centraal commando-orgaan functioneert. Ook de mechanismen die de voedselkeuze bepalen worden uitgebreid bestudeerd. We beginnen ons er eindelijk rekenschap van te geven dat de voedingsmiddelen de hersenfunctie kunnen beďnvloeden. Het is nu duidelijk dat er vanuit het oogpunt van onze hersenen « goede » voedingsmiddelen zijn die de hersenfunctie beter kunnen doen stimuleren en « slechte » voedingsmiddelen die ons beoordelingsvermogen, onze intellectuele functies, onze motorische coördinatie enzovoort doen aftakelen. In beide gevallen is de wetenschap bezig te ontdekken dat de positieve of negatieve impact van die voedingsmiddelen veel groter is dan we tot voor kort dachten.
Uiteindelijk is het te warm
Sportlui van hoog niveau hebben nog een bijkomend probleem en voor hen is het nemen van een goede beslissing en een goede coördinatie van kapitaal belang. Buiten het feit dat het opklimmen naar dergelijk niveau geleidelijk gebeurt werd inderdaad nog een belangrijk fenomeen ontdekt dat beperkend werkt, met name de thermoregulatie. Beweging stimuleert onze spieren zoals hoger gezegd, maar verhoogt tegelijkertijd de warmteproductie door ons lichaam. Als de temperatuur van onze hersenen toeneemt dan functioneren ze echter minder goed en dan bezorgen de centrale commando’s de atleet minder succes. De hersenen lijken gevoeliger te zijn dan andere organen voor temperatuurschommelingen. Er bestaan ook goede redenen om aan te nemen dat een ander mechanisme een rol speelt : als de hersenen een te hoge temperatuur registreren in de centra voor thermoregulatie, dan remmen ze de warmteproductie af, met name in de spieren. Het is ook mogelijk dat nog andere mechanismen een rol spelen.
Niet enkel in het hoofd
De problematiek van goede en slechte voedingsmiddelen is ongetwijfeld van toepassing voor alle cellen in ons lichaam en niet enkel voor de hersencellen. Bij sportlui wordt dat waargenomen in de spieren en worden daardoor de prestaties en de recuperatie na inspanning bepaald. Via de biochemie is het geleidelijk aan mogelijk ons een verklaring te geven hoe dat allemaal verloopt. Het celmembraan functioneert als een nanobatterij en onze cellen laden die batterij voortdurend terug op om ATP te produceren. Daartoe beschikken zij over een echte moleculaire motor die al naargelang van het geval het proces stimuleert of afremt. Een van de stimuli die deze motor in de spiercellen activeert is beweging. Daarom zeggen de onderzoekers dat als men zijn spieren niet beweegt, ze teloorgaan (use it or loose it). Een cel die geen energie verbruikt die ze bezit onder vorm van ATP komt in een neerwaartse spiraal terecht: dat niet gebruikte ATP wordt niet alleen vernietigd maar bovendien treedt er tegelijkertijd een zelfvernietiging van de cel op. Het is dus van belang regelmatig te bewegen zodat de spiermassa op elke leeftijd behouden blijft. En dat alles wordt door de celkern gecontroleerd. Een van de grote levenslessen die de vorsers uit die vaststelling trekken is dat het onontbeerlijk is fysiek actief te blijven. Dat wisten we al maar nu begrijpen we beter waarom. Een ander belangrijk begrip is dat de « batterij » zo snel mogelijk na een inspanning dient opgeladen te worden.
Een goed compromis
We dienen dus een compromis te vinden tussen een goede voeding voor onze hersenen en onze spieren (aanleveren van brandstof) en voedingsmiddelen die de warmteproductie niet al te veel doen toenemen. Het begrip goede voeding hangt niet alleen af van de keuze van voedingsmiddelen maar ook van het ogenblik waarop de voeding wordt genuttigd en van de soort sportbeoefening. Er bestaan geen twee identieke situaties. Bij sporters van hoog niveau heeft dat alles geleid tot het op punt stellen door Nestlé van vaste en gel-vormige voedingsmiddelen (de keuze wordt bepaald door de soort sport en het ogenblik van inname) met een hoge energetische densiteit die in hoofdzaak glucose en fructose bevatten in adequate verhoudingen. Deze voedingsmiddelen zijn voorbehouden voor de top van de internationale sport en het gebruik ervan dient aangepast aan iedere individuele sporter. Michael Phelps, die 12 000 calorieën per dag gebruikt bij zijn training, is er de … kampioen van geworden.
De Redactie
Referenties
Naar een persconferentie van u Prof. Bruce German (USA) op de Annual Nestlé Press Day (Vevey, november 2008). |